DERDE REGIONALE JEUGD VISDAG 2017
Derde Jeugdvisdag, zaterdag 19-08-2017.
Hengelsportvereniging “de Poepenkolk” te Elburg organiseerde dit keer de Regionale Jeugdvisdag voor de jeugd-leden van de vijf regionale hengelsportverenigingen, zijnde, naast de reeds genoemde van Elburg, die van: Dronten/Lelystad, Harderwijk, Nijkerk en Zeewolde.
Er hadden zich 72 deelnemers voor de dag opgegeven, van wie de 5 jeugdigen van Zeewolde deze fantastische dag helaas hebben moeten missen, doordat zij vanwege de afschuwelijke terroristische aanslag niet weg konden komen uit Barcelona. HSV “de Snoek” uit Harderwijk nam deel aan deze buitengewone dag met 17 jeugdige deelnemers en twee jeugdviscoaches. Om deze onvergetelijke dag te kunnen realiseren waren er 60 vrijwilligers nodig, onder wie vissportcoaches, ondersteunende leden van HSV “de Poepenkolk” en de andere hengelsportverenigingen, visbooteigenaren, reddingswerkers van de KNRM, en de organisatorische steun van Sportvisserij Jeugd Mid-West Nederland. Voorts waren er de gehele dag twee EHBO-ers aanwezig. De catering voor circa 135 personen was grotendeels door een jeugdviscoach van HSV “de Snoek” te Harderwijk georganiseerd en werd door hem met diverse andere vrijwilligers perfect verzorgd. Zo kon men de hele dag koffie, thee en frisdrank krijgen en sloot de lunch van ontelbare broodjes met warme knakworst en kaas naadloos bij de behoeften van de doelgroep aan. Het geheel vond plaats in en om het zeer practisch gelegen gebouw van de Elburgse scoutinggroep “Rambonnet” op drie minuten lopen van het Drontermeer. Beter had nauwelijks gekund. De jeugdige vissers, opgesplitst in kleine groepen, konden om de beurt deelnemen aan vier clinics (= theorieles met praktijk oefeningen,): - Roofvissen vanaf de kant. - Roofvissen vanuit de boot. - Witvissen: met de vaste hengel en de feeder. - Karpervissen. Doel van de Jeugdvisdag is de jeugd diepergaand kennis te laten maken met verschillende takken van de hengelsport, hun daar de fijne kneepjes van bij te brengen en hun te leren respectvol om te gaan met de door hen gevangen vissen en de natuur in het algemeen. De schitterende dag begon om 09h15. Het weer zat mee. Niet koud, bewolkt met nu en dan de zon en soms een ferme regenbui, waar de jonge sportvissers zich overigens niet veel van aan trokken, zo betrokken als zij waren bij de hun aangeboden “hogere vissportkunde”. Op het scoutingterrein stonden enkele kramen met roofvismateriaal en hengels opgesteld. Hier lag een keur van aanlokkelijk kunstaas in diverse felle kleuren en vormen getoond en werd de jongeren uitgelegd hoe deze op de juiste (is effectiefste!) manier te gebruiken. Uit het aantal en soort vragen die er werden gesteld, bleek hoe gemotiveerd zij waren de verschillende technieken van het vissen op roofvis goed onder de knie te krijgen. De ondersteunende praktijkoefeningen hielpen de opgedane kennis in de vingers te krijgen. Bij de clinic “vissen op roofvis vanaf de kant” kon het zojuist geleerde direct verder worden geoefend. Het ging hier om de keuze van het juiste kunstaas, het gericht werpen, en afhankelijk van het gekozen kunstaas de verschillende methodes van binnen draaien en het bestrijken van een zo’n groot mogelijke oppervlakte van het water, waarbij vooral de mogelijke schuilplekken van de roofvis niet mochten worden vergeten. Daarnaast kon de reeds opgestoken kennis direct in de praktijk worden toegepast in de clinic “vissen op roofvis vanuit de boot”. In veertien vissportboten konden de jongeren mee met de ervaren sportvissers, die hun nog eens vertelden en voordeden hoe een snoek, snoekbaars, baars of andere roofvis te vangen. Hierna waren de jongeren zelf aan de beurt en werd er met veel plezier en opwinding een aantal flinke snoeken gevangen. Vooral “de kieuwgreep” kreeg bij het onthaken van de snoek de nodige aandacht om te voorkomen, dat men met de vingers in de krachtige bek met zo’n 700 tanden vast kwam te zitten. Na dit spektakel trok men nog uitgelaten en trots naar “de Witvis-clinic”, die er mee begon aan de jeugdige vissers uit te leggen en voor te doen, hoe men op eenvoudige wijze een lokvoer maakt, dat aan de hoge eisen van de ervaren witvisser voldoet. Zo’n lokvoer mag niet te nat zijn, maar moet wel voldoende zijn bevochtigd om er een bal ter grote van een flink kippenei van te kunnen kneden en er mee op de visstek te kunnen gooien zonder dat de bal te vroeg uit elkaar valt, want die voerbal moet pas in minuscule deeltjes uit elkaar vallen, als hij op de bodem van het water ligt. Sportvissen is geen vak, maar een lokvoertje maken, dat aan al deze eisen voldoet, is toch echt wel vakwerk, vonden de geconcentreerd luisterende en zelf experimenterende jonge vissers, die van deze jeugdcoach nog een laatste tip meekregen: een plantenspuit brengt uitkomst voor het nauwkeurig bevochtigen van het lokvoer! Na deze en vele andere tips in de oren te hebben geknoopt, ging het groepje naar de clinic “vissen met de vaste hengel” waar de enige vrouwelijke jeugdcoach van deze dag de jongeren al gemotiveerd opwachtte. Helder en systematisch legde zij uit waar al haar visgerei voor diende en waar het bij het vaste hengelvissen op aankomt. Zo besprak zij verscheidene soorten hengels en het juiste hanteren ervan. De verschillende toppen, zoals de top zonder en met elastiek. De verschillende soorten dobbers, hun toepassing en de uitloding ervan. Het zogenoemde “cuppen” en het juiste gebruik van het schepnet. Het kwam allemaal aan bod. Ook kwam de correcte zithouding aan de orde, zeer belangrijk, ter voorkoming van rugklachten! Bij de demonstratie van het beazen van de haak met mestpiertje en made, kreeg het groepje nog een kleine, nuttige biologieles: de levenskringloop van de vlieg werd door de antwoorden van de groep op de vragen van de viscoach, voor iedereen duidelijk: eitje wordt larve (is de made waarmee wordt gevist), larve wordt pop (veelal caster genoemd, waarmee ook wordt gevist) pop wordt vlieg en de vlieg legt de eitjes, etc. Het was duidelijk, dat de jongeren ook in deze clinic met plezier flink wat hadden opgestoken. Door ging het nu naar de clinic het feedervissen, waar de jeugdcoaches al klaar stonden met hun complete feeder-uitrusting, lok/grondvoer, maden, poppen en mestpieren. Zijn eerste vraag maakte aan het groepje direct duidelijk waar het één der jeugdcoaches bij het vissen om ging: Wat is het belangrijkste van het vissen? Diverse antwoorden werden er gegeven, waarvan de viscoach vond, dat die ook zeer belangrijk waren, als veel vissen vangen, een goed werkende molenslip en een attractief grondvoer, enz., maar dat dit toch niet het antwoord was, dat hij wilde horen. Het belangrijkste van het vissen, zo zei de jeugdcoach, is het plezier in het vissen! Natuurlijk is vangen en goed werkend materiaal ook belangrijk, maar plezier, daar gaat het om, aldus deze viscoach, die zelf duidelijk niet alleen met veel plezier viste, maar ook met veel plezier en expertise de jongeren de kennis en de techniek van het feedervissen bijbracht. Om de beurt mochten de jongeren na zijn heldere instructies, een kwartier lang met de feederhengel proberen een aantal vissen te verschalken, dat tot hun grote vreugd de meeste van hen ook lukte. Degene, die na een aanbeet missloeg, ving na nog enkele aanwijzingen van de coach, vaak toch ook nog een vis. Ook bij de andere jeugdviscoach werd in deze clinic de kunst van het feedervissen met even veel plezier en enthousiasme geleerd en beoefend. En ook hier haalde de meeste jongeren voorn, bliek, grondel, baars en brasem naar boven. Natuurlijk probeerde men met de vangst van de brasems het andere groepje te overtroeven: onze was toch echt wel twaalf centimeter groter! Overigens werd hieraan door de jeugdviscoaches van harte aan meegedaan. En dan is de clinic van het karpervissen aan de beurt, waarin met name de techniek van het zelfhakende vissysteem aan de orde kwam. Op twee rodpods “lagen” reeds twee maal drie beaasde hengels vangklaar in het water. Feitelijk is dat het eindresultaat van wat hier allemaal werd onderwezen aan de leergierige jeugd. Aan twee tafels werd het juiste gebruik van lood, onderlijn en voorslag aan de jonge vissers uitgelegd. Vooral het zelfmaken en de keuze van het type onderlijn, in karpervisserstaal “rig” genoemd, en het op de hair bevestigen van de diverse types boillies kregen de nodige aandacht. Er stonden twee keurig opgezette bivvy’s, waarover de jongeren het nodige werd uitgelegd. Ook het gericht uitwerpen werd geoefend met twee klaar staande hengels, waarbij in plaats van een gebruikelijke karpermontage, een natte spons als werpgewicht diende. De jongere, die de spons “op de stek” wist te mikken, werd onder meer beloond met een alternatief voor het gangbare werplood: een ferme kiezelsteen van circa 100 gram, waarin een wartel is gelijmd. Bij de overhandiging hiervan werd uitgelegd, dat lood een zeer giftige stof is, die niet in het milieu en zeker niet in het water, waar zoveel leven van afhankelijk is, thuishoort, en dat het van Sportvisserij Nederland en de daarbij aangesloten hengelsportverenigingen het beleid is, het gebruik van dit giftig materiaal uit de sportvisserij uit te bannen. Om 15h45 werden de laatste clinics gestopt, kregen de zeer tevreden jonge vissers tot hun verrassing nog een goodiebag met waardevol visgerei mee en keken zij met alle jeugdviscoaches en alle overige betrokkenen onder het genot van nog een beker drinken op een waarlijk fantastische, onvergetelijke en zeer leerzame dag terug.
Anthon Knoet
|